homepage Wim Meuldijk

home
biografie
werken
impressies
foto's
film-materiaal

Joep Dorren (Pipo)

































Hommage aan de geestelijke vader:

En Belinda zei, er mogen ook kritische dingen in, het hoeft geen slijmsite te worden. dus probeer ik me nu als geestelijk kind snel te transformeren naar geestelijke puber, maar hoe ik ook mijn best doe: er komt niets echt kritisch. Sorry.

De casting in drie rondes bij Nora Mullens in het najaar van 1997, vervolgens totaal onverwacht jouw telefoontje in april 1998 vanuit Spanje (het was zondagochtend, en ik was koffie aan het zetten), met de mededeling, dat je omroepland wilde bewijzen, dat je ook met weinig middelen een prima produkt kunt neerzetten, mits je werkt met een klein team enthousiaste free-lancers, en dat je mij zag als de ideale Pipo. En tenslotte nu: juni 2003. dit najaar komt dan de nieuwe bioscoopfilm, niet echt met weinig middelen, 6 jaar na de eerste castingsronde.

Ik ken je nu dus ruim 5 jaar, maar heb het gevoel je al eeuwen te kennen; want die vijf jaren waren heuse tropenjaren, waarin we per telefoon zeer regelmatig een hoop lief en leed, ongeduld, gechagrijn en pogingen tot opbeuren hebben gedeeld, want zoals elders in deze site staat: 'maar het geld is een ander verhaal'. De ene na de andere omroep en producent liet het afweten. Diverse keren werden er al periodes in mijn agenda gereserveerd voor tv, dan wel film, en had ik je opgewekt en vol energie aan de telefoon. Om dan op het allerlaatste moment steeds weer van de kant te moeten toekijken hoe de zaak afketst. Steevast volgde er dan een periode van windstilte, met af en toe een telefoontje, dat je ook nog niets wist, en ja hoor, dan op een gegeven ogenblik altijd weer een verlossend moment, dat ik aan de opgeluchte kleur van je stem kon horen, dat je weer beet had. Tot tenslotte Endemol de financiële middelen vond om deze bioscoopfilm dan ook echt te realiseren. En zoals iedere collega weet, is het eindgevecht om een grote rol altijd zwaar, zeker bij 'mega'-produkties, omdat daar, begrijpelijk, allerlei grote belangen spelen: 'maar het geld is een ander verhaal'.

Vooral in die voor mij persoonlijk zware periode, waarin mijn (ik moet zelfs zeggen onze) agente Bianca dag en nacht vocht en waarin de reëele mogelijkheid bestond, dat ik zou struikelen vlak voor de finish, heb ik versteld gestaan van je niet aflatende steun en de kracht die je hebt als je gáát voor je intuïtie. Ik ben je dus verschuldigd om met alle inzet en nauwgezetheid jouw geesteskind vorm te geven. Dat doe ik met veel plezier en 'gemak'. Toen Nora mij eeuwen geleden vroeg op die eerste screentest te verschijnen, kende ik natuurlijk Pipo de Clown: zijn wereldje had een belangrijk stuk van mijn jeugd bevolkt, met als onbetwiste held voor mij de zigeuner Felicio, maar aan Pipo zelf had ik niet zoveel herinneringen. Ter voorbereiding luisterde ik naar de langspeelplaat "Het Verhaal van Pipo in Marobia", uit de collectie van mijn vrouw, en het wonder gebeurde: langzaam ging de Pipo-wereld leven, en met name de figuur Pipo: een meesterverteller, een rasoptimist, zelf een kind. vandaar dat hij mij als kind niet zo bijzonder was opgevallen. En ik vond mezelf regelmatig terug in de auto hardop allerlei Pipo-zinnen lullend. Bij de laatste casting-ronde gaf Peter Römer, die ook toen al als Pipo-fan de casting leidde, de opdracht een improvisatie te spelen rondom het thema 'Pipo anno nu'. En ik weet alleen nog, dat de zinnen uit mijn mond stroomden, en dat ik twintig minuten lang twee centimeter boven de grond zweefde: het ging vanzelf. Het bekende soort casting, dat je als acteur zelden meemaakt, waarin het gevoel je bespringt: die rol lijkt wel voor mij gemaakt!

Die jaren veel naar video's gekeken, vol bewondering naar Cor Witschge, die Pipo niet op het scherm bracht, maar er dwars doorheen, en tegelijk heel vertrouwenwekkend het avontuurlijke clownsleven vol malle mannetjes en vrouwtjes bij het publiek bracht. Hij is de uiteindelijke Pipo, zoals we die allemaal kennen. En ik voelde me erg thuis bij zijn interpretatie. Al die jaren heb ik met dat stukje ansichtkaart, waarop Cor als Pipo met pet, in mijn portemonnee rondgelopen, dat je mij na ons eerste telefoongesprek opstuurde "ter bevestiging van ons telefoongesprek". niet uit fetishisme, verering of aanbidding, maar gewoon om er regelmatig naar te kunnen kijken, en me zo langzaam te kunnen laten volstromen met het personage, er onbewust steeds mee bezig te blijven, om klaar te zijn op het moment dat we zouden mogen. Trouw aan het personage, dat jij en Cor hebben gemaakt. Want ik besef, dat ik in een traditie stap, en dat dat niet klakkeloos imiterend, maar wel vol respekt moet gebeuren. Zoals ook bij de commedia dell'arte en in het nô-theater rollen van vader op zoon, of van meester op leerling worden doorgegeven.

Heel vergelijkbaar met deze theatertradities is ook je zorg voor het uiterlijk van Pipo. Bij onze eerste ontmoeting had je ook meteen Brenda uitgenodigd: "het grime-vrouwtje" schrijf je; jij praat in Pipo-taal: in dat eerste briefje staat om de regel wel een typische Pipo-woordspeling, alleen al om het bijzondere taalgebruik bewaar ik je briefjes. En in een sessie van twee uur heb je Brenda uitvoerig geïnstrueerd, hoe Pipo gegrimeerd moet worden: wenkbrauwen niet te dicht bij elkaar, want dan wordt hij boosaardig, zonnetje aan de linkerkant met zeven streepjes; mijn neus werd goedgekeurd, want het schijnt een wip-model te zijn. Cor moest het met steeds losrakende hulpstukken stellen. Dus dat geluk had ik alvast. Ik merkte toen aan den lijve, dat je van oorsprong tekenaar bent en heel nauwgezet en precies weet hoe jij de vormgeving hebben wilt.

Tijdens mijn bezoek aan jou in Spanje, toen ik daar voor een klus moest zijn, en bij je overnachtte, heb ik nog iets ontdekt. Je liet me een aantal Pipo-plakboeken zien, die ik nog niet gezien had, en je begon ook uitgebreid te praten over die prachtige film 'Les Enfants du Paradis', waar ik toevallig ook een grote fan van ben en die ik toen ik in Parijs woonde vaak ben gaan zien. Op je "dakterras" zag ik de streepjes waarmee je de vorderingen van de opkomende (of was het de ondergaande) zon bijhield. Ook liet je me als een kostbaar kleinood een porceleinen pierrotpopje zien, met de vraag of ik kans zag dat heelhuids mee naar Nederland te nemen. Ik heb het er niet op gewaagd, maar ineens zag ik in je Pipo-verhalen ook een heel andere kant: ik dacht, die man is een romanticus. En alle verhalen zijn ook doortrokken van een typisch romantisch verlangen, bijvoorbeeld alsmaar verder te trekken naar verre horizonten. Dus mijn Pipo-interpretatie mag nooit op alleen lachen, gieren, brullen zijn gebaseerd.

Zo werd heel langzaam een verre, dierbare herinnering aan een tv-serie en een aantal boeken uit mijn jeugd, steeds tastbaarder en concreet alledaags: ik haalde mijn eigen herinnering in. Nooit meer zal ik mijn ontmoeting met Rudi Falkenhage vergeten, met wie ik op het terras van Robs huis vlak voor de opname van ons scènetje in 'Pipo en de Bosbas', ons twee-scènetje repeteerde. Keer op keer, iedere keer opnieuw, steeds verfijnder in ritme. In zijn aanwezigheid, meevarend op zijn fantastische timing, genoot ik me te pletter. Dit was echt wèrken aan Pipo. Ook heb ik zelden zo gelachen tijdens opnames als in de scène met Rob de Nijs rond die toonladder. 'Pipo en de Bosbas' was één groot, twee weken durend feest (tussen de regenbuien door), waarbij ik in stilte hoopte: god laat dit nooit ophouden.

Van heel andere orde is 'Pipo en de P-p-parelridder', in die prachtige weerbarstige Spaanse landschappen, waar de Pipo-karavaan als een bontgekleurde stoet doorheen trok. Iedereen van de cast en crew stond versteld van het vindingrijke, weergaloze en soms krankzinnige taalgebruik, dat je de personages meegaf. Zinnen om op -tig verschillende manieren te proeven, te wenden en te keren. Collega's met wie het prima werken was en die van jouw figuren iets bijzonders hebben gemaakt. Iedere keer als ik de voorlopige montage terugzie denk ik, oh ja, direkt komt die, en dan zegt ie dat. Een prachtige vormgeving in prachtige beelden en door Martin heel eigentijds (afschuwelijk woord, maar ik bedoel je blijft absoluut kijken), vol toewijding en trouw aan het Pipo-ritme en de Pipo-wereld, zoals jij die hebt gecreëerd, geregisseerd.

Dat het keihard afzien was onder die schmink, die er van 's ochtends half zes tot 's avonds negen uur op zat, dat ik regelmatig gek werd van de jeuk, want even krabben gaat niet, dat ik op de set voortdurend, elke vrije 5 minuten achtervolgd werd door grimeuse Brenda of Yvonne ("even bijwerken") ben ik al lang weer vergeten. Zo te horen van Petra Barnard (Petra I) had Cor het veel zwaarder: die zat regelmatig onder de uitslag. Nee, gelukkig is de kwaliteit van het materiaal door de jaren heen verbeterd: huidvriendelijker heet dat...

Nou ja, het is natuurlijk vreemd om op deze plek, op dit moment, een lovende recensie te gaan zitten schrijven van een film waarin je zelf meespeelt en die nog uit moet komen, maar ik heb er stiekem alle vertrouwen in, dat niemand om de prachtige beelden heen kan, en dat jouw taal en de door jou gecreëerde personages als archetypes vanzelf hun werk doen: ieder mens hunkert immers vol verlangen naar rondtrekken in een avontuurlijke wereld. En kinderen zullen zich altijd herkennen in dat optimisme tegen de klippen op: "Ja Mamaloe, Pipo doet wat, maar wat?", en: "Allemaal instappen, de reis gaat weer verder, al heeft Pipo geen idee waar naartoe".

Waar ik misschien nog wel het meest verbaasd van sta is, dat je op een leeftijd, waarop je eigenlijk hoort te klaverjassen in een bejaardentehuis nog dag en nacht doorwerkt. Dat je eigenlijk heel gemakkelijk zou kunnen wegkomen met het laten remaken of verfilmen van oud werk; want als ik elders op deze site kijk zie ik een onvoorstelbaar lange lijst uitgegeven werk. Maar jij staat er op om steeds met iets origineels te komen, of een al bestaand concept grondig om te gooien en uit te breiden met nieuwe verhaallijnen.

Je bent een sterk mens. Ga alsjeblieft nog heel lang zo door. En dan hoor ik je zeggen: "Maar ik beloof niks".

Tot ziens.