homepage Wim Meuldijk

home
biografie
werken
impressies
foto's
film-materiaal

Biografie (2)

Oorlog en Ketelbinkie








Om niet door het Duitse leger te worden geronseld, duikt Wim onder. Maandenlang houdt hij zich bij onraad schuil in een holle pilaar van de Mathenesserhof, en uit die donkere tijd stamt zijn zelfgemaakte tekenfilm, op meer dan 700 celofaantjes getekend: Ketelbinkie, het schoffie dat met Apekracht een voetbalwedstrijd wint, door de voetbal met een zak meel te vervangen, waardoor de 'vijand', na een schop tegen het meel en de daarop volgende stofwolk, niets meer kan zien. De tekenfilm is veertig jaar later van 8mm overgezet op video.

In 1942 creëert Wim de tekststrip 'Sneeuwvlok de Eskimo' bij 'Het Volk en Voorwaarts'. Het is duidelijk waar zijn talent ligt, en hoe zich dat in de toekomst zal ontwikkelen. Maar bijna komt er een vroegtijdig einde aan dat alles: op 31 maart 1943 bombarderen de Amerikanen 'per ongeluk' Rotterdam. Hun doel moet de Keilehaven zijn geweest, om de Duitsers het gebruik daarvan te beletten, maar de bommen missen hun doel, zelfs zo ver, dat geen van de havens wordt geraakt. In plaats daarvan vallen ze vooral op de Mathenesserwijk, waar Wim Meuldijk op dat moment over straat onderweg naar huis loopt. Hij laat zich vallen en denkt dat zijn laatste uur geslagen heeft. Maar als de vliegtuigen weg zijn krabbelt hij weer overeind: als door een wonder heeft hij de verwoesting van zijn wijk overleefd. Om hem heen zijn de restanten van de huizen: rookwolken, brand en de geur van de dood. Uiteraard vergeet hij het zijn hele leven niet meer, en zijn aversie van geweld maakt dat al zijn creaties, met name Pipo, nooit agressieve scenes bevatten en dat problemen op de weg van de clown nimmer door middel van 'grof geschut' opgelost worden.

Na de oorlog lukt het hem, met zijn vriend Ton van Heusden, om een grote partij papier van de Duitsers te ronselen en verschijnt het blad 'Sneeuwvlok'. ( zie link Nederlandse stripgeschiedenis ) Daar verschijnen tien nummers van, en later ook een oblong-boekje. Het vervolg erop is de tekststrip Ketelbinkie en de Ketelbinkie krant, die enorm populair wordt. Ook de strips 'Rob's vrienden' en 'Belinda' staan in de Ketelbinkie-krant.

Inmiddels is Meuldijk bevriend geraakt met Hans Katan, een vriendschap voor het leven. Beiden tekenen en fotograferen graag en delen een bunker in de duinen bij Oostvoorne. Bunkers werden na de oorlog vaak bewoond - er was alleen geen keuken en in het restaurant waar beide mannen meestal aten, ontmoette Wim Meuldijk op een dag Else Arntzenius, dochter van een bekende Haagse Kinderarts. In mei 1951 trouwen zij en op het bordes van het gemeentehuis staat een levensgrote kartonnen Ketelbinkie tussen beiden.

Met de inkomsten van Ketelbinkie kunnen Els en Wim een 'jachthuis' huren op een landgoed bij Rockanje, 'het Reigersnest'. Zoon Mark wordt geboren in 1952, en drie jaar later volgt dochter Belinda. De familie verhuisd voor enige maanden naar het eiland Corsica, waar zij in een eenvoudig huisje zonder water of electra wonen. Daarna keren ze terug naar Oostvoorne.

Als in 1958 de Ketelbinkie-krant ophoudt, levert Wim inmiddels teksten voor de avond-hoorspelen van de VARA-radio, met acteurs als Ko van Dijk, Joop Doderer en Ton Lutz, later allemaal groten van het toneel en tv. Ook "Opa Dribbel", dat op de zondagmiddag met een gigantische luisterdichtheid wordt uitgezonden, is zo'n stukje geschiedenis. Inmiddels heeft een nieuw medium zijn intrede gedaan in Nederland: de televisie.

Voor een tekststriptekenaar die gewend is om zijn verhalen met beelden te illustreren, schept deze televisie natuurlijk eindeloze mogelijkheden. "Ik schreef altijd al beeldend, dus televisie was het precies voor mij. Ik heb mij nooit een schrijver gevoeld, ik kan een foto navertellen; ik zie het direct al voor me."

Op een ochtend ontmoet Wim Meuldijk bij de bushalte Gijs Stappershoef, een man die werkzaam is bij de televisie in Hilversum en die hem vraagt of hij niet iets voor kinderen zou willen schrijven.' Dat kan,' antwoordt Meuldijk, 'maar dan schrijf ik over een clown.' Hij noemt die clown 'Pipo'.